Reactie op opleidingsdag voor veehouders en dierenartsen op 5 november.

Met verbazing hebben wij bij VeDa, de beroepsvereniging voor dierenartsen, kennisgenomen van de recente uitnodiging voor een door de EU en de Belgische overheid ondersteunde opleiding rond antibioticagebruik en antimicrobiële resistentie, gericht op zowel dierenartsen als veehouders.

Wij onderschrijven de inhoudelijke relevantie van het thema. Antimicrobiële resistentie is en blijft een van de grootste uitdagingen voor de volks- en diergezondheid. Maar de manier waarop deze opleiding wordt georganiseerd roept ernstige vragen op.

• Opleidingsniveau en doelgroep
Het samenbrengen van dierenartsen en veehouders in één en dezelfde opleiding veronderstelt impliciet dat beide groepen over een vergelijkbaar kennisniveau beschikken. Dit is een verkeerde voorstelling van zaken. Dierenartsen zijn universitair opgeleide medische professionals, deontologisch verplicht tot permanente vorming. Veehouders zijn vakmensen, maar doorgaans niet medisch-farmacologisch geschoold. Een gezamenlijke bijscholing over complexe medische onderwerpen zoals antimicrobiële resistentie doet afbreuk aan het dierenartsdiploma en werkt demotiverend voor de beroepsgroep.

• Accreditatie door VetCEE
Wij stellen vast dat de opleiding bovendien als een postdoctorale nascholing (niveau 7) werd geaccrediteerd door VetCEE. Het is voor ons onbegrijpelijk dat een programma dat noodzakelijk aangepast moet zijn aan het kennisniveau van veehouders, tegelijk zou beantwoorden aan de criteria voor universitaire nascholing voor dierenartsen. Dat ondermijnt de geloofwaardigheid van het accreditatiesysteem.

• Ongelijke ondersteuning
Deze opleiding wordt volledig gefinancierd, inclusief vluchten, verblijf en maaltijden. Voor de administratieve verplichtingen, rapporteringen en controles die dierenartsen in het kader van antibioticabeleid moeten uitvoeren – vaak op vraag van dezelfde overheid – is er daarentegen geen enkele structurele financiële ondersteuning voorzien voor de dierenarts. Dat is bijzonder moeilijk te verantwoorden.

Onze voorstellen

  1. Organiseer gescheiden opleidingen voor dierenartsen en veehouders, eventueel gelijktijdig, maar elk afgestemd op hun eigen kennis- en ervaringsniveau. Voorzie voor veehouders een alternatief programma waarin expliciet wordt verwezen naar de bedrijfsdierenarts als eerstelijnscoach voor verantwoord antibioticagebruik.
  2. Zet in op praktijkgerichte workshops op de bedrijven, geleid door de bedrijfsdierenarts en ondersteund door de overheid. Zo benutten we optimaal de één-op-één relatie tussen dierenarts en veehouder.
  3. Voorzie middelen om de hoge administratieve lasten voor dierenartsen te verlichten.

Wij willen benadrukken dat VeDa niet tegen samenwerking tussen dierenartsen en veehouders is. Integendeel, die samenwerking is essentieel. Maar ze kan enkel tot haar recht komen als er wederzijds respect is voor ieders expertise. Het organiseren van opleidingen zoals deze, zonder onderscheid in doelgroep en niveau, geeft het verkeerde signaal en schaadt het imago en de motivatie van onze beroepsgroep.

Wij vragen de betrokken organisatoren (EU, FVE, FAVV, AMCRA) om hier dringend rekening mee te houden bij toekomstige initiatieven, en indien mogelijk de bestaande opleiding nog aan te passen.

Lid worden van VeDa?

Geniet van talrijke voordelen, zoals ondersteuning, kortingen en bijscholingen.