De discussie over de verdoofde biggencastratie al een hele tijd aan de gang. Na onze communicatie naar het kabinet over onze twijfels ivm de praktische haalbaarheid van het voorstel dat toen op tafel lag, waarin we trouwens ook een tegenvoorstel deden, kregen we een eerder vaag antwoord terug. Daarom hebben we, koppig als we zijn, opnieuw een brief richting Kabinet gestuurd (zie hieronder), waarin we met enkele praktische berekeningen aantoonden dat het huidige voorstel gewoonweg niet haalbaar is. Helaas bleef het daarna oorverdovend stil vanuit het kabinet, tot we enkele weken geleden tot onze verbazing plots via via vernamen dat een KB ivm de biggencastratie getekend was door de koning en binnenkort gepubliceerd zou worden in het staatsblad. In welke vorm was toen nog niet duidelijk, maar al snel bleek dat er niets aan het voorstel veranderd was: de verantwoordelijke van het varkensbedrijf mag zelf de biggen lokaal verdoven en castreren onder permanent toezicht van de bedrijfsdierenarts, die de gepaste hoeveelheid anestheticum voorziet (de volledige tekst van het KB vind je hieronder).
Het nieuwe KB zegt letterlijk dat de castratie en verdoving “onder direct toezicht” van de bedrijfsdierenarts moet gebeuren, dat kan toch niets anders betekenen dan dat de dierenarts toekijkt én controleert? Woordvoerders van minister Clarinval stellen in een eerder antwoord op onze vraag daarover dat “voor wat de term « direct toezicht” betreft: deze term laat toe om een gepaste invulling te geven overeenstemmend met de specifieke situatie van het betrokken landbouwbedrijf. Het is aan de bedrijfsdierenarts om met kennis van het bedrijf, zijn karakteristieken en historiek te oordelen wat de beste passende werkmethode is om de castraties onder verdoving te doen zoals gesteld in het KB”. Het KB zelf gebruikt echter duidelijk de term “direct toezicht”, wat voor weinig interpretatie vatbaar is. Bovendien staat in het KB dat de bedrijfsdierenarts die “direct toezicht” houdt op de verdoving en castratie “geen verdoving mag achterlaten op het bedrijf”. Dit houdt uiteraard ontegensprekelijk in dat de dierenarts aanwezig moet zijn op het bedrijf.
Ook onze Orde interpreteert “direct toezicht” als permanent aanwezig zijn op het bedrijf.
Diezelfde Orde ging dus trouwens (“in naam van alle dierenartsen”) akkoord met een KB dat met mathematische zekerheid onmogelijk is om uit te voeren, zeker niet met deze interpretatie. Alle overtredingen komen ook ter beoordeling bij deze Orde terecht. Gaat men tuchtsancties uitspreken tegen deze collega’s op basis van een KB waarvan op voorhand geweten is dat wat er van ons gevraagd wordt niet haalbaar is?
Vanuit VeDa zullen we blijven proberen om de collega’s varkensdierenartsen, die hierdoor zwaar in de problemen zouden komen, te verdedigen en eventuele onterechte sancties voor het niet naleven van een niet haalbare wetgeving te vermijden. VeDa zal hen, zoals anderen wel gedaan hebben, niet in de steek laten…